Edelweiss, Edelweiss, every morning you greet me…
Het is een lief liedje en we zingen het vaak, tweestemmig, en het klinkt als een Oostenrijks klokje. Er wordt op geglimlacht, meegedeind en verbazend veel luisteraars kennen de Engelse liedtekst van voor tot achter en zingen of neuriën mee.
Vanmiddag, bij Vierstroom Vivaldi in Zoetermeer, is dat niet anders, maar tijdens het zingen, lees ik van de lippen van een mevrouw een alternatieve tekst. Kent ze de woorden niet? Of heeft ze een eigenzinnige Engelse uitspraak? Tijdens het uitdelen van de Edelweiss chocolaatjes, luister ik vlakbij en hoor:
Leverworst, leverworst, o wat is dat fijn eten!
Leverworst, leverworst, ‘k heb hetvaltijd geweten!
“Maar mevrouw, wat zong u nou toch net in plaats van Edelweiss?”, vraag ik haar na afloop, nog nahikkend van het lachen.
“Oh!, heb je het gehoord? Mijn moeder zei: altijd blijven zingen en als je de woorden niet kent, dan verzin je ze maar zelf. En ik moest opeens aan Kips leverworst denken.”
Ze glimt van pret. En wij moeten nog oppassen dat we het niet per ongeluk over leverworst gaan hebben op 31 december, als we onze laatste Edelweiss van dit jaar zingen.